Naast de Grosdag in GC De Wouwer was er zaterdagmiddag ook de Opendeurdag van het asielcentrum op Dépot Weelde.
Deze Opendeurdag kon rekenen op erg veel belangstelling, vele mensen wilden zelf wel eens komen kijken hoe dat nu wel zat met die asielzoekers en waar die moesten wonen.
Begeleiding door bewoners zelf.
De belangstellenden werden al dadelijk ontvangen door een begeleider van het Rode Kruis die hen in kleine groepjes naar gelang van aankomst indeelde. Het woord werd echter gevoerd door een bewoner, in ons geval een jonge dame met een moeilijke naam.
Ze heette ons welkom in erg behoorlijk Nederlands en begeleidde ons verder op het hele traject langs het centrum.
De eerste blok woonunits die we tegenkwamen waren deze van de alleenstaande mannen, meestal jongemannen van Afghaanse nationaliteit. Elke unit moet worden bezet door 4 mensen, in sommige gevallen wordt van deze stelregel wel eens afgeweken als er kinderen extra zijn zodat het dikwijls niet blijft bij 4 personen per container.
Elk blok heeft zijn eigen sanitair blok waar wasgelegenheid is en douches. Ook zijn er wasmachines beschikbaar waarvoor zeepblokjes worden verdeeld. Ze moeten hun was wel eigenhandig zelf doen.
Het beddengoed wordt door het Rode Kruis gewassen.
Units voor gezinnen.
De volgende blok was er één voor gezinnen, gewoonlijk ook met kinderen. Tot op zaterdag waren er al 4 baby’s geboren op het centrum. De moeders gaan wel bevallen in het ziekenhuis van Turnhout, maar men beschouwt dit hier wel als baby’s van het Centrum. Het is voor iedereen feest als er weer een nieuwkomertje bijkomt. De nieuwe mama’s krijgen een eigen sleutel van de baby verzorgingsunit als ze met hun baby van het ziekenhuis terugkeren. Hier kunnen ze hun kindje in alle privacy en rust verzorgen, want voor de rest is privacy een onbestaand begrip in het centrum.
We zien ook de jonge papa’s trots met hun borelingen in hun armen staan te pronken als de groepjes bezoekers voorbij komen.
Medisch blok.
Op het eind van dit woonblok vinden we ook de medische faciliteiten. Die bestaan uit drie containers waar overdag verplegend personeel aanwezig is. Als er een dokter nodig is moet een afspraak worden gemaakt en komen de dokters langs. Hiervoor is een beurtrol tussen de lokale artsen uitgewerkt. Ze komen per week enkele malen langs om de zieke mensen te zien in een ter plaatse ingericht kabinet.
Voor de kinderen is er ook een inentingsprogramma opgesteld dat dient te worden opgevolgd. In het begin waren hier wel eens wat moeilijkheden mee, vele van de bewoners kennen dit soort inentingsprogramma’s van de overheid niet en hebben er wel wat schrik van. Vooral de inentingen zijn niet echt geliefd onder de kinderen.
De administratieve blok bevind zich centraal op de site en herbergt enkele faciliteiten van Het Rode Kruis, de opvang en de registratie waar men de nieuwkomers helpt met allerlei administratieve rompslomp. Hier worden de mensen ook op de hoogte gehouden van de status van hun aanvraagprocedure voor hun asiel.
De administratieve dienst staat ook in voor het tracing programma, dit programma doet aan opsporing van vermiste familieleden die tijdens de lange vlucht elkaar uit het oog verloren hebben.
Verder zitten hier ook de medewerkers van het Centrum die een soort klussensysteem hebben uitgewerkt. Er zijn een 200 tal klussen die € 2,5/klus kunnen opleveren. Bewoners die zo hun inkomen wat willen bijspijkeren kunnen zich daarvoor inschrijven en meer dan de helft doet dit ook. Dat komt neer op minstens één persoon per gezin die meewerkt aan het klussensysteem.
Vooraf weten de bewoners niet welke klus ze zullen moeten doen, ze kunnen deze dan ook weigeren maar indien dit het geval is worden ze geschrapt uit het klus systeem en kunnen ze geen extraatje meer bijverdienen.
In de hoek van het centrum staan de schoolcontainers. Deze drie containers maken deel uit van de gemeentelijke basisscholen GBS De Verrekijker en GBS De Kleine Wereld. Ze krijgen hiervoor ook extra personeel toegewezen en gesubsidieerd.
Als we een kijkje nemen in één van de kleuterklasjes is het een erg drukke bedoening en moet de juf regelmatig ingrijpen want ze doen allemaal graag mee aan de spelletjes, de spreektaal is echter geheel in het Nederlands en als we een meisje aanspreken van een jaar of 12 kan ze ons perfect vertellen in welke klas ze zit en wat ze wil worden als ze groot is. We hopen later bij het einde van het schooljaar nog een keer terug te kunnen komen voor een “special” rond het schooltje van het opvangcentrum.
Vrijetijdsruimte.
In de vrijetijdsruimte is het erg druk, de TV schermen staan wel niet te spelen want daar is het nog te vroeg voor. Pas deze week is de grote hall achter de vrijetijdsruimte in dienst genomen. Via privé sponsoring van enkele bekende firma’s uit de regio is de hal aangepast om dienst te doen als sporthal. De immense hall is opgedeeld in verschillende delen zodat alle sporten aan bod kunnen komen. Ook is er een fietstraject in gecreëerd om de kleinsten te leren fietsen. We zien er een boksbal hangen en er is fitnessruimte, enkele tennisbanen en andere terreinen voor balsporten. In mindere perioden zal dit een drukke ruimte zijn waar de bewoners de tijd kunnen doorbrengen. Als het warm is zal het echter een probleem zijn want de hallen zijn niet geïsoleerd tegen de hitte. Dan zijn er echter nog de grote ruime grasvelden rondom de hallen die gebruikt kunnen worden.
Restaurant.
Als laatste stop in onze rondgang houden we halt bij het restaurant. De bewoners kunnen hun maaltijden hier nemen in verschillende shiften omdat er niet voldoende plaats en accommodaties zijn om alle bewoners op het zelfde tijdstip aan tafel te zetten.
In het begin waren er wel wat problemen met het eten, wij Vlamingen staan niet echt bekend om een pittige, fel gekruide maaltijd en dat liep in het begin wel wat spaak. Dit is ondertussen opgelost, er wordt waarschijnlijk wat losser met de peper en andere kruiden omgesprongen en de kritiek is gaan liggen.
In plaats van kritiek krijgen we van de lokale dames enkele lekkernijen aangeboden uit hun landen van herkomst die ze zelf hebben klaar gemaakt voor de bezoekers. Dit zijn zonder uitzondering ofwel lekkere zoetigheden of hartige hapjes die ons totaal onbekend zijn, maar wel heel erg goed smaken. Met de centjes die ze hiermee verdienen kunnen ook zij hun minieme weekbudget wat opkrikken om hun kinderen een cadeautje te kopen.
Bij het snoepen van deze lekkernijen kunnen we nog wat nakaarten met andere bezoekers van deze Opendeurdag. Velen die nogal sceptisch stonden voor hun bezoek hebben toch hun meningen wat bij moeten schroeven . Hoewel de mensen goed worden opgevangen en zich vooral veilig kunnen voelen is het toch geen omgeving om jaren te vertoeven. Hun leven staat “on hold” of op “pauze” en allemaal willen ze zo spoedig mogelijk hun nieuw leven beginnen of verderzetten.
Dat is het enige dat telt, deze opvang is alleen de mogelijkheid om een nieuwe start te maken en wij kunnen hen die mogelijkheid bieden, meer niet.
Sommigen zullen terugkeren naar hun land van herkomst indien mogelijk. Anderen hebben de knop al omgedraaid en wensen hier in Europa, hetzij in België of elders een nieuwe toekomst te beginnen voor hun gezin en hun kinderen.