RAVELS – Wie de voorbije weken langs het kanaal aan de brug passeerde, zal het al wel gemerkt hebben: het is opvallend stil rond Papaoutai, de populaire zomer pop-upbar die er de voorbije jaren telkens weer voor sfeer en gezelligheid zorgde.
En dat is niet toevallig. Door een beslissing van de Raad van State mag de bar dit jaar voorlopig niet meer openen op haar vertrouwde plek.
Vorig jaar vierde Papaoutai nog haar vijfjarig bestaan met heel wat ambiance, maar dit seizoen blijven de deuren dus dicht. De gemeente Ravels heeft namelijk geen vergunning afgeleverd, en dat heeft alles te maken met een juridische uitspraak die de regels rond tijdelijke horecazaken verstrengt.
Zonevreemd
“We zijn als gemeente verplicht om geen vergunning meer te geven voor tijdelijke horeca in zonevreemd gebied,” legt burgemeester Nic Andriessen (CD&V) uit. “Dat zijn locaties die volgens de ruimtelijke ordening eigenlijk niet voor horeca bedoeld zijn. En daar valt de locatie van Papaoutai helaas onder.”
De beslissing komt er na een vonnis van de Raad van State, die dergelijke tijdelijke bars in strijd acht met de huidige wetgeving. Dat betekent concreet dat de gemeente geen vergunning meer kán geven, ook al zou ze dat misschien willen.
Op zoek naar een oplossing
Voorlopig willen noch de eigenaars van Papaoutai, noch de gemeente verder reageren voor de camera, maar achter de schermen wordt er wel gekeken naar alternatieven. “We zijn in overleg met de initiatiefnemers om te zien waar we wél tot een duurzame oplossing kunnen komen,” aldus burgemeester Andriessen.
Discussie laait weer op
De kwestie rond Papaoutai blaast ook het bredere debat over tijdelijke bars en pop-ups nieuw leven in. Verschillende uitbaters van reguliere cafés en restaurants voelen zich al langer benadeeld door tijdelijke initiatieven die, volgens hen, met andere – en vaak goedkopere – middelen werken.
Zo kunnen vzw’s pop-ups openen met vrijwilligers, waardoor ze geen loonkosten hebben en lagere prijzen kunnen hanteren. Volgens Horeca Vlaanderen, de belangenorganisatie van de sector, is dat een vorm van deloyale concurrentie. “We zijn niet tegen concurrentie, maar dan wel eerlijke concurrentie. Iedereen moet met dezelfde spelregels kunnen spelen,” klinkt het daar.
Heldere regels nodig
Horeca Vlaanderen pleit al jaren voor duidelijke richtlijnen rond pop-ups en zomerbars. Ze stelden daarvoor een manifest op dat onder andere voorziet in een maximale uitbatingsduur van 100 dagen, duidelijke stedenbouwkundige afspraken en overleg met de vaste horeca.
Ook de lokale besturen worden aangespoord om voorzichtig om te springen met vergunningen voor tijdelijke bars, en erop toe te zien dat deze geen oneerlijke concurrentie vormen voor bestaande horecazaken. “In heel wat steden en gemeenten wordt daar al rekening mee gehouden, maar het blijft een werkpunt,” besluit de organisatie.
Voor Papaoutai betekent het vonnis dus even pas op de plaats. Of en waar er binnenkort opnieuw getoast kan worden op het Ravelse kanaal, zal de komende weken moeten blijken.
foto's: Sociale Media Papoutai
