Vorige week was het 70 jaar geleden dat er in Weelde op het vliegveld dat toen werd aangelegd een straaljager een noodlanding maakte.
We schrijven 16 maart 1953 wanneer op een zonnige morgen de werken worden aangevat om verder te werken aan de start/landingsbaan….
’s Morgens wordt de betonmolen gestart want er moet nog wat beton gedraaid worden om de baan af te werken.
Een uurtje vroeger vertrokken op de basis van Kleine Brogel enkele pilioten met hun fonkelnieuwe Thunderjets voor een vlucht. De 10e Wing Dagjacht was nog maar enkele weken ondergebracht in Kleine Brogel en nog niet goed bekend met de omgeving.
Jan Van Der Biest, piloot van één van de Thunderjets:
"Het was mooi weer die dag. We hadden een hoge druk met veel, veel stof in de lucht, zodat we van op 15.000 voet alleen maar de grond recht onder ons konden zien. Wellekens begon op een gegeven moment nogal veel te draaien en te keren maar zei niets. We volgden hem maar gewoon. We hadden alle drie maar één radiofrequentie waarop we samen konden praten. Wellekens had 2 frequenties. Hij zat heel de tijd op die andere, die van Music, het grondstation in Evere dat hem moest helpen om Kleine Brogel terug te vinden. Hij was dus helemaal niet zeker van zijn positie. Op een gegeven moment zie en voel ik dat één van mijn tiptanks leeg is en de andere niet voedt. (Elke tiptank heeft een inhoud van 870 liter en voorziet de motor van brandstof via de hoofdtank in de romp). Ik kan Wellekens uiteindelijk toch verwittigen dat mijn tiptank niet voedt en dat ik moet landen. Dan zie ik beneden mij een vliegveld. Ik zeg hem: "Hier is een vliegveld, hier ga ik landen". Hij antwoordt: " Ja doe maar". Ik duik naar beneden in de richting van het dorp maar zie op het einde van de piste een bétonneuse staan. Die piste is nog maar goed half af. Aan het begin zie ik ook paletten met bakstenen met vlakbij auto's, fietsers en een barak. Als ik niet goed oplet breek ik hier mijn nek. Ik heb meer zin om te huilen dan om te lachen. Ik wieg wat met mijn vleugels en hoop dat de mensen gaan lopen. Ik draai naar links en gooi mijn tiptanks af boven een sparrenbos. Doe ik dat niet, dan breek ik zeker mijn nek. Ik mag niet te snel binnenkomen of ik zit in de bétonneuse. Ik passeer net over de paletten en stop in het midden van de piste, precies voor de bétonneuse. De Thunderjet remde goed, hoor.
Dan komen er van overal mannen tevoorschijn. Ik weet helemaal niet waar ik ben. Ik ben al blij dat ik Nederlands hoor praten. Ik zeg tegen die mannen, "Waar ben ik hier feitelijk?" "In Weelde", is het antwoord. Waar is dat eigenlijk? Dat is vlak bij Turnhout. Oef, goed, dat is nog in België. Ik heb nog nooit van Weelde gehoord. Weet ge, we zijn nog maar pas in Kleine Brogel. De mannen verwittigen dan de gendarmerie, die me komt halen en zo kan ik terug naar Kleine Brogel. De kazerne van Turnhout die het vliegtuig eerst zal komen bewaken en alles wat zal opkuisen wordt ook verwittigd.”
2.000 m. startbaan.
Alhoewel er geen precieze gegevens bekend zijn over de lengte van de startbaan die op 16 maart 1953 was afgewerkt, kunnen we ons aan de hand van datumstempels toch een vrij betrouwbaar beeld vormen van het aantal meters beton dat Jan Van Der Biest onder zijn Thunderjet zag defileren vooral hij met zijn jet tot stilstand kwam. Als we alle hindernissen in overweging nemen, als we weten dat er nauwelijks 2.000 meter landingsbaan beschikbaar was en dat noch mens noch machine ook maar één schrammetje opliepen, mogen we de noodlanding gerust als een waar huzarenstuk bestempelen.
Een noodlanding met gevolgen.
In Kleine Brogel is men natuurlijk helemaal niet tevreden over het vliegincident. Korpsoverste Graaf Ivan du Moneau, alias “Duke”, beseft maar al te goed dat beide piloten van zijn 10de Wing op 16 maart veel geluk hebben gehad. Er moeten dringend lessen worden getrokken om verder onheil te voorkomen. Zijn dagboek is overduidelijk, en de maatregelen ook. Iedereen op de basis Kleien Brogel wordt geconsigneerd tot 23 maart. Er is een discipline waarmee zijn jonge piloten duidelijk worstelen en dat is navigatie. In de Verenigde Staten waar ze hun opleiding genoten is navigeren vrij simpel. Met de landschappen en overwegend mooie weersomstandigheden boven Nevada en Arizona was navigeren op lage hoogte tussen 2 punten A & B eigenlijk kinderspel. Boven Europese dichtbevolkte regio’s is dat wel even anders en een opfrissingscursus navigatie dringt zich op. Gelukkig is iedereen zich bewust van de noodzaak van het perfect kunnen navigeren zodat de consignatiemaatregel voortijdig kan worden opgeheven op 21 maart. Iedereen heeft het navigeren beter onder de knie en de vliegactiviteiten kunnen worden hervat.
Op 24 maart 1953 omstreeks 17 uur is er heel wat volk verzameld in de buurt van het vliegveld. De vliegtuigspotters van het eerste uur worden voor hun geduld beloond wanneer majoor Gheude, de CO van het 27 smaldeel, met een oorverdovend lawaai en dit keer zonder tiptanks met de FZ-27/Z6-C., in westelijke richting opstijgt. Als toemaatje raast hij nog eenmaal tegen hoge snelheid rakelings boven de hoofden van de nieuwsgierigen vooraleer hij richting Kleine Brogel vliegt. Een jonge André Jansens uit Weelde is hiervan getuige, hij wordt later korpsoverste van de basis in Kleine Brogel en Stafchef van het Tactisch Hoofdkwartier van de Luchtmacht.
Rood endossement in vliegernotaboekje voor 2 piloten.
De geruchtmakende vlucht van 16 maart krijgt ook nog een disciplinair staartje. De drie piloten van de formatie Green krijgen elk een endossement dat zorgvuldig in hun vliegernotaboekje wordt genoteerd. Dit laatste document is de vertrouwelijke boekhouding van elke militaire piloot, die per semester de kwantitatieve en kwalitatieve vlieggegevens registreert. Een endossement is een aantekening over een ongewoon voorval in vlucht. Een goede prestatie wordt in het groen genoteerd. Een negatief feit wordt in het rood ingeschreven. Een voorval, dat het vermelden waard is en waarbij een technisch mankement een rol speelt, noteert men in het blauw.
Twee piloten ontvangen een rood endossement waarbij de laatste zinsnede bij één van hen frappant is. De opmerking betekent echter niet dat er sprake is van enige verzachtende omstandigheid.
"A agit [sic] par inexpérience" of "heeft gehandeld door een gebrek aan ervaring" is de feitelijke erkenning van het probleem waarmee de jonge Luchtmacht te kampen heeft.
Nogmaals, een jaar later…
Ook een jaar later op 8 juli ’54 was er een noodlanding op Weelde. Piloot Mike Terlinden moest zijn Thunderjet F-84G na explosie van de motor met de schietstoel verlaten en werd daarbij zwaar gekwetst.
Dit verhaal en de foto's komen uit het boek "60 jaar vliegen in Weelde" dat oud Kolonel André Jansens in 214 uitbracht. Het boek is ondertussen niet meer te koop in de winkel
Bron: 60 Jaar vliegen in Weelde (Kol. André Jansens)